Ze dachten dat ze gewoon een boomstam hadden gevonden, maar toen ze het eruit trokken, schreeuwden ze

4

Spelletjes spelen

Ze gooiden steentjes, speelden “Ik zie, ik zie wat jij niet ziet” en zelfs wat woordspelletjes, en toen ze daarmee klaar waren, zaten ze gewoon op het gras en genoten van de zon tot de man met de boten zou zeggen dat ze het water op konden. De tijd verstreek langzaam en ze probeerden het beste te maken van hun wachttijd.

Maar hoe lang ze ook wachtten, de man kwam niet. De tijd verstreek langzaam, en de kinderen werden steeds ongeduldiger. Ze begonnen zich af te vragen of ze ooit de kans zouden krijgen om te varen. De ouders probeerden hen te troosten en af te leiden.