Gedijende grassen en planten
De milieuv eranderingen van het late Krijt waren cruciaal voor het ontstaan van nieuwe vormen van plantenleven, met name gras, loofbomen, en de diverse wereld van bloeiende planten. Deze flora gedijde onder de zorg van een groeiende insectenpopulatie, waaronder kevers, mieren, wespen en bijen, die nu cruciaal zijn voor de bestuiving. Het is opmerkelijk hoe deze symbiotische relatie tussen planten en insecten de basis vormde voor het ecosysteem dat we vandaag kennen. De diversiteit en rijkdom van het plantenleven in die tijd leggen de fundamenten voor onze huidige natuurlijke wereld, een wereld die voortdurend evolueert en zich aanpast.
Hoewel de uitgestrekte graslanden die vandaag de dag een groot deel van het terrestrische landschap kenmerken nog in de toekomst lagen, werden de fundamenten gelegd voor ecosystemen die een rijke verscheidenheid aan wilde dieren zouden ondersteunen en het aangezicht van de planeet zouden transformeren. Deze voorbereidende fase in de aardgeschiedenis was cruciaal voor de ontwikkeling van habitats die essentieel zouden worden voor het overleven van talloze soorten, inclusief de mens. Het leggen van deze ecologische basis benadrukt de geleidelijke maar onstuitbare kracht van natuurlijke evolutie, die de aarde vormgeeft op manieren die onze huidige biodiversiteit mogelijk maken. De evolutie van deze ecosystemen vertegenwoordigt een diepgaand hoofdstuk in het verhaal van de aarde, een hoofdstuk dat de basis legde voor de complexe en onderling verbonden wereld van vandaag.